Ustadh Saoed Khadje
Docent Dar-al-‘Ilm – Instituut voor Islamstudies
Al-Qurtubi (612-671H/1214-1273C)
Het belang van zijn tafsierwerk
Muhammad ibn Ahmad al-Qurtubi was een expert op het gebied van het islamitisch recht en zijn tafsierwerk Jaami’ Ahkaam al-Qur‘an wa‘l Mubayyin li maa tadamma min as-Sunnah wa Aay al-Furqaan is onmisbaar voor de juridische fiqh-kwesties van de Koran. Zijn werk wordt beschouwd als één van de monumentale werken op dit gebied. Ondanks dat Al-Qurtubi in zijn tafsier veel nadruk legt op de fiqh-kwesties, beperkt hij zich niet alleen tot dat.
De stijl van zijn tafsier
Al-Qurtubi heeft zijn tafsierwerk goed georganiseerd. Hij begint zijn werk met een uitgebreid voorwoord over de deugden van de Koran, de etiquette van het reciteren en de juiste tafsiermethodologie. Bij alle verzen haalt hij wel hadith aan, of uitspraken van sahaba, taabi ‘ien of voorname geleerden, maar doorgaans zonder keten. Hij geeft wel aan waar het te vinden is en wie het heeft overgeleverd.
Na de Koranvers geeft hij aan wat voor punten verbonden zijn met deze tekst. Hij geeft goede inzichten in de taalkundige betekenissen en verklaart moeilijke woorden. De verschillende recitatievormen worden ook door hem behandeld. Met betrekking tot de fiqh-kwesties noemt hij de voornaamste meningen met de bewijsvoeringen daarvan en vervolgens evalueert hij deze. Al-Qurtubi volgde zelf de Maliki rechtschool en ondersteunde vaak hun positie, maar niet altijd.
Hij was van de soennitische richting binnen de Islam en bekritiseerde en verwierp de argumenten van (afwijkende) groepen zoals de Shi‘ieten, de Mu’tazilieten en de Qadariyyah. Dit deed hij echter met de etiquette van een geleerde.
H = islamitische jaartelling op basis van een maankalender startend vanaf het jaar 623C.
C = christelijke jaartelling op basis van een zonnekalender